Cavolo nero, ofwel palmkool, in het groentepakket. Lekker, maar wat doen we ermee? Nou, voortaan deze pasta maken! Originele recept hier.
Je hebt nodig (voor 2 personen):
- 200 gram cavolo nero (ook wel Toscaanse kool of palmkool)
- 225 gram gedroogde orecchiette of schelpjespasta
- 2 kleine sjalotjes (of 1 grote)
- 3 tenen knoflook
- 500 gram passata di pomodoro
- 250 gram kerstomaatjes aan de tak
- 30 gram uitgelekte kappertjes
- 75 gram zwarte olijven
- 50 gram zongedroogde tomaten in olie
- 2 takjes basilicum
- olijfolie, zout en zwarte peper
Zo doe je dat:
- Verwarm de oven voor op 200°C. Leg de kerstomaatjes in een ovenschaaltje, besprenkel ze met olijfolie en wat zout en rooster ze ca. 10 minuutjes tot ze poffen.
- Snipper de sjalotjes en snijd de knoflook in reepjes. Verhit een flinke scheut olijfolie in een hapjespan, fruit de sjalot een paar minuten en bak de knoflook 1 minuutje mee. Schenk de passata erbij, breng aan de kook, draai het vuur lager en laat 10 minuten pruttelen.
- Breng een pan water met een eetlepel zout aan de kook en kook de pasta volgens de gebruiksaanwijzing. Let op: bewaar een kopje kookwater als je ‘m afgiet.
- Hak intussen de olijven en zongedroogde tomaten grof. Voeg ze na 10 minuten toe aan de pan, samen met de kappertjes, en laat nog 10 minuten zachtjes pruttelen.
- Was intussen de cavolo nero en hak de bladeren in repen van ca. 1,5-2 centimeter breed. Verhit wat olijfolie in een koekenpan en roerbak de cavolo nero kort, net als spinazie, tot de kool een beetje slinkt.
- Als de saus klaar is: voeg de cavolo nero en de afgegoten pasta toe. Voeg naar eigen inzicht vocht toe aan de saus, zodat het gerecht lekker smeuïg wordt. Proef en breng op smaak met zout en peper.
- Pluk de basilicumblaadjes en verdeel ze over het gerecht. Eet smakelijk!