Carrot cake heb je in alle soorten en maten. Klef en zwaar, luchtig en cake-achtig, met of zonder vulling van rozijnen en noten, met een dikke, dunne of dubbele laag frosting – en die laatste kan dan weer fris zijn of juist zoet, naturel of met limoen, citroen, sinaasappel…
Kortom, de mogelijkheden zijn eindeloos. Dat betekent dan ook dat je nooit precies weet wat je kunt verwachten, als je in een koffietentje een stuk bestelt. Ik weet inmiddels zelf vrij goed wat ik lekker vind in carrot cake: veel kruiden, iets ‘natter’ en vol van smaak, met een cake die niet te zoet is en frosting die fris en zoet tegelijk is, maar qua consistentie meer lijkt op roomkaas dan glazuur.
Maar ja, vind maar eens zo’n cake. Oh, natuurlijk, de Bakkerswinkel stelt nooit teleur – en toch, of misschien juist daarom, vond ik het tijd om zelf te gaan experimenteren. Omdat zo’n hele taart nogal veel is voor een tweepersoonshuishouden, bieden carrot cake-muffins een goede uitkomst. Vooruit, je hebt er nog steeds twaalf, maar dat is heel wat minder dan een grote ronde dubbeldekkertaart waar je minstens twaalf grote punten uit snijdt.
Bovendien is zo’n muffin een lekker hapje tussendoor, en zeg nou zelf: met botercreme en fijngehakte nootjes zien ze er meteen erg feestelijk uit.
Ik heb dit recept als basis genomen en ben daarmee gaan experimenteren; meer kruiden, minder suiker in de frosting, andere rozijnen. De sinaasappelrasp maakt het af!
Let op: het is belangrijk dat de boter, eieren en roomkaas op kamertemperatuur zijn. Zet ze dus een aantal uur van tevoren al uit de koelkast.
Carrot cake-muffins
Je hebt nodig (voor 12 stuks):
Voor de muffins:
- 150 gram roomboter, op kamertemperatuur
- 100 gram fijne kristalsuiker
- 50 gram bruine basterdsuiker
- 2 eieren, op kamertemperatuur
- 1 theelepel vanille-aroma
- 200 gram zelfrijzend bakmeel
- snufje zout
- 200 gram geraspte wortel
- 2 theelepels kaneel
- 1/4 theelepel piment
- 3/4 theelepel gemberpoeder
- 1/2 theelepel gemalen koriander(zaad)
- 1 theelepel kardamom
- 125 gram rozijnen
- 50 gram ongezouten pecannoten
Voor de frosting:
- 90 gram verse roomkaas, op kamertemperatuur
- 70 gram roomboter, op kamertemperatuur
- 70 gram poedersuiker
- 0,5 theelepel vanille-aroma
- rasp van 1/4 sinaasappel
En verder:
- Muffin-bakblik met 12 vormpjes (HEMA heeft er een voor 6 euro)
- Muffinvormpjes
- Mixer
Zo doe je dat:
1. Verwarm de oven voor op 175 graden (heteluchtstand). Vul het bakblik met de muffinvormpjes. Week de rozijnen in heet water.
2. Doe de roomboter met kristalsuiker en basterdsuiker in een grote kom. Mix tot een glad geheel. Voeg dan al mixend één voor één de eieren toe. Als het beslag goed gemengd is, mix je ook de geraspte wortel, vanille en zout erdoor.
3. Zeef het zelfrijzend bakmeel boven de kom. Voeg alle kruiden (kaneel, piment, gember, koriander en kardamom) toe en mix het geheel goed.
4. Dep de rozijnen droog met een schone theedoek of keukenpapier, en meng ze door het beslag.
5. Neem twee lepels en vul de 12 muffinvormpjes met beslag. Zet ze 20 tot 25 minuten in de oven; controleer met een satéprikker of ze gaar zijn.
6. Maak intussen de frosting: mix de roomkaas, boter en poedersuiker in een kom tot een glad geheel. Voeg de vanille en sinaasappelrasp toe en spatel door elkaar. Zet de frosting in de koelkast om op te stijven.
7. Als de muffins volledig afgekoeld zijn: lepel een toefje frosting op elke muffin (of gebruik een spuitzak). Hak de pecannoten fijn en versier de topping met nootjes.
Tip: voor een extra feestelijk effect kun je de pecannoten ook eerst karameliseren. Zet daarvoor een steelpannetje met twee eetlepels suiker en een eetlepel water op middelhoog vuur. Blijf goed roeren tot het mengsel lichtbruin wordt (let op, dit gaat heel snel!). Haal het pannetje van het vuur en meng de pecannoten er doorheen. Verdeel de gesuikerde noten over een snijplank en laat ze afkoelen. Hak ze daarna in kleine stukjes.